De drie poolbodes zijn van de generatie die het Nederlands voetbal tot volle wasdom heeft zien komen in de geweldige jaren ’70. Toen Ajax en Feyenoord hun tegenstanders onder de voet liepen en het Nederlands elftal school maakte met nooit eerder vertoond voetbal. Twee maal haalde het Nederlands elftal op een haar na het allerhoogste: de wereldtitel. In 1974 hadden we alle drie al ervaren hoe dat was, na een schitterend toernooi een finale te spelen – alle hoop en verwachting samengebald in één wedstrijd, in afwachting van de bekroning. Dat liep anders, dat hoef ik niet te vertellen. Ook in 1978 liep het slecht af in de finale, maar Ubu was er geen getuige van… Hij had voor het toernooi besloten principieel niet te kijken vanwege het feit dat er gespeeld werd op barbaarse grond. En hij hield zich daaraan, zelfs toen Nederland het (tegen de verwachting in) weer ver schopte.
Twee-en-dertig jaar moesten we daarna wachten op de derde kans. De warme avond van 11 juli 2010 was er een van gemengde gevoelens. Nederland speelde op het WK eigenlijk nooit het van te voren gedroomde voetbal, maar kwam dankzij andere kwaliteiten véél verder dan gedacht. De finale dus.
De vrees dat het een afstraffing zou worden. En de stille hoop op eindelijk eens prachtig voetbal. Op een laptop liet ik een programma draaien dat elke seconde een beeldje maakte van de drie poolbodes die de finale bekijken. Stop-motion. Natuurlijk anticiperend op wilde vreugdetaferelen. Die kwamen er (zoals bekend) niet. Voor de poolbode werd het geheel samengevat in een 19 beeldjes bevattend flip-boekje, geschoten op het moment dat Arjen Robben de wereldtitel op z’n slof had. Hier een pdf van het resultaat. Misschien toch ook fijn om nog even een kwartiertje (de wedstrijd & de verlenging duurden in real time zo’n 2,5 uur) naar Ubu te kijken, die zelfs in deze vorm nog de rust zelve is. Teun in een te klein oranje broekje, Ubu in een verwassen oranje blouse en ik in een te klein T-shirt van Annemai. Amateurfans.
[vimeo width=”600″ height=”450″]http://vimeo.com/19495000[/vimeo]
Teun is verslagen. Ubu lijkt te gniffelen. Mooi werk, Alfred.
Ontroerend
dit is mooi, fascinerend, herkenbaar en ook echt supergrappig(!!!!!) om naar te kijken!
tja.. een mooi beeld… het gezicht van alfred neigt met het verloop van de wedstrijd steeds meer naar de kleur van zijn shirt… en dan dat prachtige oostblok-interieur… zelden oranje zo mooi gedragen gezien…
De locatie is de kantoorvloer van Einder, in poolbode tijd ‘s avonds ook in gebruik als pool-centrum
voor de ouderen onder ons: ooit ook de bovenverdieping van de Lindenberg: de kinderbieb!
Wat een geweldig filmpje. Voer voor psychologen!
Naarmate de wedstrijd vordert neemt de stress zienderogen toe bij jullie alledrie.
Hoezo Ubu rustig? Alfred houdt regelmatig letterlijk zijn hart vast en Teun ‘hef geen zit in t gat’ 🙂
Door het snelle tempo raak je als kijker ook enigszins gestresst: steeds wisselende houdingen en harten die tekeer gaan alsof jullie net drie marathons hebben gelopen.
Maar ik heb me vooral kostelijk vermaakt. Het is bijna nog leuker dan naar de wedstrijd zelf kijken… Ik hoor de geluiden er gewoon bij: Oeh, Ohh, kl@t*z#@i, Scheids! Buitenspel!. Even snel een sjekkie roken en weer verder kijken. Klok, klok, biertje. Tikketik, snel een paar regels op de laptop en weer verder: Oeh, ahh, shit, jaaaah, neeeeh toch niet.
Dank voor deze geweldige beelden Alfred.
Prachtige beelden. een kwartiertje Ubu kijken. En in de pauze zie je Alfred met een voetbal. Ik stond aan de andere kant. Twintig keer hard en strak overspelen, zonder mankeren, dat was ons doel. Dan zouden we winnen.
En het lukte! Maar vermoedelijk legden wij de lat qua ‘hard en strak’ wat te laag. Naar Spaanse maatstaven dan toch. Ach ja.
Heel leuk en maf filmpje. Ik zie veel afwezigheid – ja dat kan: er gebeuren ongrijpbare dingen in Teuns bovenlijf, Ubu harkt erg vaak door zijn afwezige haar (heel typerend inderdaad), Alfred rookt denkbeeldige sigaretten (of is een nagelbijter). En de geest van de avond kunnen we verder zelf wel erbij bedenken. Heel fijn, dank je, Anja
Briljant en psychologisch buitengewoon interessant comedy capers-werk. Dank.